Methodische vaardigheden
Leer leren
« Doelen
Deelnemers zullen efficiënter kunnen leren en werken. Ze worden onderwezen in het toepassen van een aantal methoden die vervolgens in de praktijk worden getest.
Om beter te leren, te presenteren en structuur aan te brengen is het belangrijk om de tijd nuttig te gebruiken. Deelnemers leren timemanagementtechnieken zodat ze taken tijdig en zonder tijdsdruk kunnen uitvoeren. Dit helpt ook om een stressvrije leeromgeving te creëren. Als zich stresssituaties voordoen, leren de deelnemers hoe ze met stress moeten omgaan en dat stress zelfs bevorderlijk kan zijn.
Na afloop van de module kunnen deelnemers zelfstandig nuttige informatie verkrijgen die ze nodig hebben om te leren of te werken en die ordenen in volgorde van belangrijkheid. Dit zorgt voor een betere organisatie.
Deelnemers leren ook visualisatie- en presentatietechnieken. Ze kunnen zelfstandig relevante informatie voorbereiden voor een voordracht en ze leren omgaan met constructieve feedback.
« Timemanagement
- Hoe gebruik ik mijn tijd nuttig?
- Een planning maken en prioriteiten stellen
- Realistische doelstellingen en follow-up van niet behaalde resultaten
Leerdoelen:
- Deelnemers leren omgaan met tijd en tijdsdruk
- De deelnemers maken een planning en actieplannen op om hun tijd beter te plannen.
- Deelnemers leren dat realistische doelen stellen bijdraagt aan het doel.
Presentatie, zelfevaluatie en bespreking
Succesvol timemanagement is afhankelijk van de juiste houding. Het zorgt dat je zelf je tijd en werk kunt bepalen en dat die jou niet bepalen.
Instructie:
Deel een test uit voor de zelfevaluatie. Elke deelnemer heeft 20 minuten de tijd om de test te lezen en de juiste antwoorden aan te kruisen. Deelnemers wordt gevraagd om te controleren hoe ze met tijd omgaan.
Nadat alle deelnemers de test hebben gedaan, worden kleine groepjes van 2-4 personen gevormd. In de kleine groepjes worden de resultaten vergeleken. Samen vragen we ons af hoe we met ‘tijdrovers’ moeten omgaan. Belangrijke vragen kunnen zijn: welke factoren hebben de grootste invloed op zichzelf? Welke factoren zijn het gemakkelijkst te veranderen? Waarom moeten sommige factoren worden veranderd?
Tot slot moet elke groep een poster ontwerpen met de vijf belangrijkste tips voor het omgaan met tijd.
Presentatie: mindmap en actieplan
Succesvol timemanagement helpt om meer overzicht te krijgen over toekomstige taken en zorgt dus voor meer vrijheid en vrije tijd. Door bewust om te gaan met tijd, kan stress bijvoorbeeld worden overwonnen, verminderd of zelfs voorkomen.
Instructie:
Elke deelnemer creëert een mindmap met de tijdsvereisten voor zijn/haar huidige levenssituatie. De mindmap moet de belangrijkste ‘tijdrovers’ bevatten die worden gearceerd met een marker.
Vervolgens wordt de deelnemers gevraagd na te denken over de focus van hun activiteiten en wat ze zouden willen veranderen. De deelnemers moeten nadenken over de volgende vragen: Wie informeert me over de plannen? Wie vraag ik om hulp?
Aan het eind moeten de deelnemers hun motivatie om te veranderen noteren: Wat doe ik wel of niet meer om mijn tijd beter te benutten? Elke deelnemer moet voor zichzelf een actieplan opstellen ter oriëntatie voor een betere omgang met tijd.
Informatie
Is het je ooit overkomen dat je een doel hebt gesteld en dat is je uiteindelijk niet gelukt? Een realistisch doel stellen is heel belangrijk, ook voor het structureren van de werktaken. Het is slim om een bepaalde taak op een bepaald moment te hebben voltooid. Maar als de tijdsdruk niet te groot is, wordt het voltooien van die taak uitgesteld. Met behulp van het SMART-principe kunnen de doelstellingen worden bepaald en wordt de kans groter dat een doelstelling wordt bereikt.
Vraag de deelnemers of ze al eens doel hebben bereikt. Hoe is dat gelukt? Bespreek klassikaal de redenen waarom doelstellingen niet worden gehaald.
- Specifiek: Een duidelijke, positieve en specifieke doelomschrijving is belangrijk. De doelstellingen moeten zo precies mogelijk worden gedefinieerd.
- Meetbaar: Er moeten duidelijk omschreven voorwaarden zijn die bepalen wanneer een doel is bereikt. Deze meetbaarheid van de doelstellingen is belangrijk om de subdoelstellingen te benoemen. Voortdurende evaluatie van het bereiken van het doel maakt het mogelijk om verdere stappen te zetten.
- Acceptabel: De doelstellingen moeten passend zijn bij de inspanningen. Dit betekent dat de doelstellingen motiverend en haalbaar moeten zijn door zelf actie te ondernemen.
- Realistisch: doelstellingen moeten haalbaar zijn met de beschikbare competenties, middelen en tijd. Als doelstellingen niet realistisch zijn, leidt dat snel tot overbelasting en frustratie.
- Tijdgebonden: Een doel heeft een duidelijke deadline. Planning is belangrijk om het doel te kunnen controleren.
Als je beseft dat een doel niet haalbaar is, moeten subdoelen worden geformuleerd. Het is realistischer om in een bepaald tijdsbestek kleine doelen te bereiken dan een groot doel in korte tijd. Hetzelfde geldt voor het succesvol voltooien van de taak. Informeer de deelnemers dat een grote taak kan worden opgedeeld in kleinere stappen. Met deze procedure is het zeer waarschijnlijk dat de deadlines op tijd kunnen worden gehaald. Het is beter om elke dag een beetje tijd te besteden aan een grote taak dan de taak op de laatste dag af te maken.
« informatieverwerking
- Structureren en structureren
- Visualisatie
Leerdoelen:
- Deelnemers leren structuur aan te brengen voor leesbare teksten en belangrijke inhoud samen te vatten.
- Deelnemers leren het belang van visualisatie.
- Deelnemers kunnen zelfstandig dingen visualiseren.
Informatie
Soms is het nodig om werkresultaten schriftelijk te presenteren: professioneel werk, presentaties, resultaten van de werkgroep, de voorbereiding van een werkproject, enz.
Niet alleen de inhoud is belangrijk, maar ook de vorm. De vorm geeft een goede indruk en vergemakkelijkt de informatieverwerving door de lezer en/of de luisteraar. Het is belangrijk dat de structuur duidelijk gestructureerd is en begrijpelijk voor de kijker.
Nadat informatie is verkregen en teksten zijn bewerkt, wordt vergelijkbare inhoud gekoppeld. Door het combineren van gelijksoortige inhoud wordt eerst een globale structuur gecreëerd voor verdere verwerking. Vervolgend moet de verschillende inhoud aan elkaar worden gerelateerd. Het principe is: Beginnen bij het algemene thema en dan de specifieke onderwerpen. Als de volgorde van de onderwerpen vaststaat, moeten alle onderwerpen een overzichtelijke structuur krijgen.
Laat de deelnemers een patroon zien voor de globale structuur en vraag of daar vragen of opmerkingen over zijn.
Posterexpositie
Visualisatie is een verhaal uitbreiden met beeldmateriaal. Er zijn meerdere manieren om te visualiseren. Maak een poster voorafgaand aan een voordracht of maak die samen met de deelnemers tijdens de voordracht en betrek ze er dus actief bij. Met visuele technieken kan het verhaal worden ingekort en herhalingen worden vermeden. Informatie wordt gevisualiseerd en de aandacht van de groep wordt gecentreerd.
Instructie:
De deelnemers werken in tweetallen. Elk tweetal krijgt pennen en een poster om te ontwerpen. In het midden van de kamer staat een tafel met ander materiaal (bijv. oude tijdschriften, lijmstiften, scharen, etc.). De teams hebben 10 minuten de tijd om het onderwerp af te spreken dat ze op de poster willen uitbeelden. Zodra een groep een onderwerp heeft gevonden, vervul de rol van moderator. Als het onderwerp niet geschikt lijkt voor uitwerking, help dan een nieuw onderwerp te vinden.
Nadat alle groepen een onderwerp hebben, moeten ze dit op de poster weergeven. Daartoe kunnen ze bijvoorbeeld binnen 1 uur (met de materialen van de tafel) collages maken met symbolen en verschillende lettertypen. Tot slot moeten alle posters in de ruimte worden opgehangen. Een van het tweetal blijft naast de poster staan en de ander kan de andere posters gaan bekijken. De persoon die naast de poster staat, vertelt geïnteresseerde deelnemers over het onderwerp. Na een tijdje worden rollen omgedraaid.
« Voorbereiden en geven van presentaties
- Fasen van een presentatie
- Oefening
Leerdoelen:
- De deelnemers weten hoe een presentatie wordt opgebouwd.
- De deelnemers kunnen zelfstandig een presentatie voorbereiden en geven.
Informatie
Het proces achter een presentatie bestaat uit de fasen voorbereiding, volgorde en evaluatie:
1. Voorbereiding van een presentatie
Het is belangrijk om eerst de volgende vragen te beantwoorden:
- Hoe wil ik presenteren?
- Wie zijn de toehoorders?
- Hoe kan ik het publiek erbij betrekken?
- Hoeveel tijd is er beschikbaar voor de presentatie?
Zodra de eerste voorbereidingen zijn afgerond, moet een methode worden gekozen voor het geven van de presentatie. Een illustratieve presentatie moet op begrijpelijke, interessante en levendige manier worden gegeven. Visualisatietechnieken moeten worden gebruikt om de inhoud te verduidelijken.
Tip: Om niet de hele presentatie op te lezen, typ een paar steekwoorden op kleine kaarten. Dit zorgt dat je stem niet eentonig wordt (wat heel snel gebeurt als je voorleest).
2. De flow van een presentatie
In de inleiding verwelkom je het publiek en presenteer je het onderwerp en het tijdschema. De introductie kan bijvoorbeeld een provocerende uitspraak zijn of een citaat om de toehoorders te activeren.
In het belangrijkste deel moet alle inhoud systematisch worden gepresenteerd. Het is belangrijk om oogcontact te houden met de toehoorders en duidelijk en begrijpelijk te spreken. Snel afraffelen is niet bevorderlijk voor de aandacht van de toehoorders. Daarnaast moet er genoeg tijd overblijven voor vragen en feedback. De spreker moet ook rekening houden met feedback van het publiek. Hij/zij heeft deze feedback nodig om te checken of het schema past bij de verwachtingen van de toehoorders of moet worden aangepast.
De conclusie aan het eind is een gelegenheid voor de mening en feedback van het publiek.
3. De evaluatie van de presentatie
De evaluatie van een presentatie biedt de mogelijkheid om sterke en zwakke punten te presenteren en de eigen presentatievaardigheden te verbeteren. Vragen om hierachter te komen kunnen zijn:
- Zijn de doelstellingen van de presentatie bereikt?
- Waren de toehoorders tevreden met de presentatie?
- Was de inhoud van het onderwerp goed?
- Was het gebruik van de media en instrumenten passend?
- Hoe voelde de presentator zich?
- Hoe ging de presentator om met de tijd?
- Hoe ging de bespreking aan het eind van de presentatie?
- Wat zijn de implicaties van deze presentatie voor de toekomst?
Presentatie
De deelnemers moeten een korte presentatie geven voor de groep (duur 5-10 minuten). Ze moeten de eerder geleerde aanwijzingen gebruiken voor de voorbereiding, uitvoering en follow-up van de presentatie. De deelnemers hebben 1,5 uur de tijd om de presentatie voor te bereiden. Ze moeten een thema kiezen waarvan ze denken dat de andere deelnemers geïnteresseerd zijn. De deelnemers moeten zich afvragen hoe het schema eruitziet, hoe de toehoorders erbij betrokken kunnen worden en welke inhoud er moet worden gevisualiseerd. De presentatie wordt uitgevoerd met behulp van een metaplan, een flipover, kaarten, pennen, punaises, enz.
Aan het eind van de presentatie moet het publiek de spreker feedback geven. Was de opbouw logisch? Werd de inhoud op een begrijpelijke manier overgebracht? Hoe was de visualisatie? Hoe waren de spraaksnelheid en het spraakvolume? Hoe was het gebruik van gebaren, gezichtsuitdrukkingen en lichaamstaal? Wat kan er bij de volgende voordracht verbeterd worden?
« Omgaan met problemen
- Wat is een probleem
- Hoe ga ik met problemen om?
- Hoe kan ik problemen oplossen?
Leerdoelen:
- De deelnemers kunnen complexe problemen benoemen, analyseren en visualiseren.
- Deelnemers leren methoden voor het ontwikkelen van oplossingsstrategieën. Ontwikkeling van oplossingsstrategieën.
- De deelnemers leren verschillende aanpakken te overwegen.
‘Hoofdstand’-techniek
Deze techniek is een omkeermethode die de probleemvraag ‘ondersteboven keert’: Hoe zorgen we voor actiegericht onderwijs? Omkeermethode: Wat moeten we doen om actiegericht onderwijs tegen te gaan?
Er moet een omgekeerde probleemvraag worden gesteld. De deelnemers moeten dan op zoek naar ideeën voor de omkeervraag. De kern van de methode is dat vastgeroeste opvattingen of geblokkeerde gedachtes kunnen worden opgelost.
Het proces van ideeën genereren is opgedeeld in de volgende fasen:
- Gezamenlijk formuleren van een probleem
- Spontane oplossingen
- Het probleem omkeren (brainstormen)
- Verkenning van ideeën: Bij elk genoemd idee wordt gezocht naar een tegenvoorstel dat moet leiden tot het vinden van een oplossing
- Oplossingen vinden: de genoemde ideeën moeten worden geordend, geëvalueerd en vervolgens geformuleerd om algemene oplossingen te beschrijven.
Scenario-techniek
In een scenario moet een algemeen probleem dat zich in een specifiek geval voordoet, met behulp van bepaalde vragen worden beschreven en verwerkt. Deze manier van bevragen maakt creativiteit, verbeelding en activiteit los en bevordert een samenhangende denkwijze. Het gaat erom te beschrijven wat zou kunnen gebeuren en niet wat we willen.
Instructie:
- Verdeel de groep in kleine groepen (ongeveer 5 personen per groep)
- Deel het scenario uit
- Deel de vragen uit
- De vragen worden groepsgewijs beantwoord. Indien mogelijk moeten alle leden van de groep antwoord geven. Alleen op die manier kan het onderwerp goed worden onderzocht en kunnen eigen standpunten worden geformuleerd. De methode vereist het beargumenteren van de eigen mening en argumenten geven voor andere meningen.
- Klassikale evaluatie: De resultaten worden klassikaal gepresenteerd. Het is handig als de groep zijn belangrijkste punten op een flip-over schrijft. Als de groep het niet eens is over een mening of de vragen, moeten ook de afwijkende meningen klassikaal naar voren worden gebracht.
Voorbeeldscenario
Na het middelbaar onderwijs besluit een jonge vrouw om een opleiding voor visagiste te gaan volgen omdat ze dat erg leuk vindt en er talent voor heeft. Alle haar vrienden en kennissen en het professionele advies van het arbeidsbureau, raden dit af omdat de vooruitzichten op werk slecht zijn. Ze zou voor een beroep met toekomstperspectief moeten kiezen, vooral omdat ze met haar cijfergemiddelde een hogere opleiding kan volgen. Haar ouders willen niet dat ze als visagiste gaat werken en steunen haar niet financieel. De jonge vrouw staat voor een moeilijke keus: professionele veiligheid of haar eigen pad volgen, eventueel met wat opofferingen.
Vraag.
- Wat zou jij in dat geval beslissen? Wat zou je de vrouw adviseren?
- Wie zou je om advies vragen?
- Kun je je een ander scenario voorstellen waarin de vrouw niet in de hierboven beschreven moeilijkheden zou zijn terechtgekomen? Hoe zou de situatie dan zijn geweest?
bronnen: https://wiki.zum.de/wiki/Lernen_lernen
https://en.wikipedia.org/wiki/Lifelong_learning
https://en.wikipedia.org/wiki/Time_management
http://www.teachsam.de/arb/zeitmanagement/zeitmanag_0.htm
https://wiki.zum.de/wiki/Präsentationstechnik
http://www.antarcticglaciers.org/2013/08/giving-good-presentation/
https://www.cs.cmu.edu/~mihaib/presentation-rules.html
https://de.wikipedia.org/wiki/Kopfstandtechnik
https://en.wikipedia.org/wiki/Disney_method
https://en.wikipedia.org/wiki/Scenario_planning
This work is licensed under a Creative Commons Attribution-ShareAlike 4.0 International License
The European Commission support for the production of this publication does not constitute an endorsement of the contents which reflects the views only of the authors, and the Commission cannot be held responsible for any use which may be made of the information contained therein.